Onvoorwaardelijkheid oefenen

De vrouw die alles op orde heeft. Ze heeft haar best gedaan om waardering en genegenheid te verdienen. Nu voelt ze zich alleen en wat ze het liefst wil, is dat haar ouders zeggen dat ze trots zijn op haar. Maar… dat doen ze niet.

Hoe vaak zeg jij het tegen jouw eigen kinderen? vraag ik. Elke dag, zegt ze. Omdat ik weet hoe belangrijk het is. Voel je het? Ja, ze twijfelt een beetje, dat wel, maar ik doe het omdat het belangrijk is.

Wat heb je nodig om het helemaal te voelen? Zeg je het ook wanneer je kinderen vervelend doen? Nee, dan niet. Moeten zij het verdienen? vraag ik.

Haar ouders komen uit armoede en hebben heel hard gewerkt om te zorgen dat zij en haar zusje niets tekort zouden komen. Zij hebben nooit gehoord dat hun ouders trots waren. Werken en niet zeuren was het. Ze knikt, ach ja, haar ouders hebben het ook nooit gehoord en gevoeld.

De vrouw voelt hoe hard ze heeft geprobeerd het goed te doen om haar ouders gerust te stellen dat hun kinderen het zouden redden. Het was allemaal wel voorwaardelijk.

Onvoorwaardelijk haar kinderen liefhebben, daar gaat ze op oefenen. Haar kinderen hoeven haar liefde niet te verdienen. Die is er gewoon. En nu nog leren om dat ook ‘gewoon’ tegen ze te zeggen. Elke dag weer uitreiken, omdat ze blij is dat ze er zijn en omdat het haar kinderen zijn.

Ze lacht, oefenen! En o ja, ze gaat bij haar ouders langs, om te zeggen dat ze blij is met hen. Volgende week verder.